Maak een zin!

[Melleke]

Iemand noemt 4 woorden bijvoorbeeld; kaarsvet , tafelkleed, paard, groente.

De volgende moet één zin maken met die vier woorden er in. (willekeurige volgorde mag, samenvoegen ook mits het een correcte Nederlandse zin is!)

Het kaarsvet druipt op het tafelkleed waar een paard op staat afgebeeld die groente eet.

Okay ik begin wel.

Citroensap, paraplu, raam, aardappel

Succes!

[Margareth]

Jan stond met zijn paraplu voor een raam, nam een slok citroensap en struikelde meteen over een aardappel




Vuur, hond, kerstbal, tafel

[Melleke]

Toen de hond aan tafel zat, gooide hij met zijn linker poot de kerstbal in het vuur van de openhaard.

Stoep, lampjes, toilet, ring

[Margareth]

Toen ik mijn ring kwijt was, lag hij niet in het toilet, niet op de stoep maar in de kerstboom aan één van de lampjes.



bril, rekenmachine , aansteker , toetsenbord

[Margareth]

Dan doe ik deze zelf wel even hahaha


Met mijn bril op en de aansteker in mijn hand zocht ik naar mijn rekenmachine die naast mijn toetsen bord lag.


Boek , wc , sigaar , bel

[Niels]

ik las mijn wc terwijl ik op mijn boek zat en ondertussen rookte ik een bel en ringelde ik met mijn sigaar

ik bedoel.

ik las mijn boek op de wc, rookte een sigaar om de stank te verdrijven en toen ging verdorie de bel ook nog


kanarie, worst, ballon, theekopje

[Melleke]

Toen mijn kanarie met zijn worst in mijn theekopje viel, knapte de ballon.

[i]Telefoon, aardappel, mest, urinoir[/i]

[Margareth]

De aardappel en mijn telefoon viel in de urinoir vol met mest.



feest , kist , citroen , box

[Melleke]

Het feestje was ineens afgelopen toen de citroenkist in de box bij de baby werd gegooid.

[i]Zon, afwas, koffie, ruitontdooierspray[/i]

[Niels]

toen de zon mijn ruitontdooierspray en dus krabben overbodig maakte, ging ik de afwas maar toen terwijl ik een kopje koffie genoot




Aansteker, sigaret, appel, taart